Ad Kolen
Tijdens mijn rondjes door het
Quirijnstokpark wordt me nog al eens gevraagd wat ik aan het doen ben. Vogels
tellen, het antwoord, wekt soms verbazende reacties en vragen op. Graag licht
ik het toe zoals in dit artikel.
Het Quirijnstokpark ligt in het
noordoosten van Tilburg. Het vormt een buffer tussen industrieterrein
Loven-Oost en de woonwijken van Tilburg Noord. Het licht glooiende park is in
1975 geopend. Een flinke vijver bestrijkt nagenoeg de lengte van het park.
Langs heel de oostrand zijn bosplantsoenen aangeplant. De enkele tientallen
resterende, hoog opgaande balsempopulieren zijn belangrijke aantrekkingspunten
voor veel vogels, ze bieden ze nestgelegenheid en voedsel. Naast de talrijke
inheemse zijn ook vele exotische boomsoorten te vinden in een park. Delen van de gazons worden als
bloemenweides beheert. Eenmaal per jaar maaien en het maaisel afvoeren maken
ze steeds bloemenrijker.
|
In het voorjaar en een deel van de zomer
zijn de tellingen gericht op de broedvogels. De 8 broedvogeltelrondes, direct
na zonsopgang tussen 15 maart en 15 juli maken deel uit van het
Broedvogelmonitoringproject (BMP) van Sovon. Deze landelijke, met meest
vrijwilligers werkende vereniging, legt zo de jaarlijkse aantalsveranderingen
van de Nederlandse broedvogelsoorten vast. Via steeds dezelfde route in een
vastomlijnd gebied worden de vogels in kaart gebracht die zich territoriaal
gedragen of anderszins aangeven ter plaatse broedvogel te (kunnen) zijn.
Tot nu werden van 38 vogelsoorten territoria
vastgesteld in het Quirijnstokpark. Deze 11e keer was goed voor 3
nieuwe vogelsoorten; Nijlgans, Groenling en Bosrietzanger. Dit broedseizoen
waren het 25 territoria, met een gemiddelde van bijna 23 is dat aan de hoge
kant. Ook het totaal aantal van de territoria van dit jaar 82, is met een
gemiddelde van 79,5 zeker ook een goed resultaat.
Elders in de omgeving waren de broedresultaten
anders; In het Noorderbos iets minder en in de Dongevallei niet zo goed. Het
warme, droge en zonnige weer, met plaatselijk flinke neerslagpieken, heeft geen
negatieve invloed gehad op de uitkomsten in het Quirijnstokpark. Blijkbaar zijn
andere factoren bepalend voor de aantallen vogelsoorten en het al dan niet
broeden, maar welke is niet altijd duidelijk.
In het Quirijnstokpark broedt een dertiental
vogelsoorten ieder jaar. Tijdens de 11 uitgevoerde broedvogelinventarisaties
werden van al deze vogelsoorten steeds een of meerdere territoria vastgesteld.
Het gaat om de volgende vogels; Waterhoen(2), Houtduif(10), Winterkoning(5),
Heggenmus(1), Roodborst(6), Merel(6), Zwartkop(5), Tjiftjaf(7), Pimpelmees(2),
Koolmees(8), Ekster(5), Zwarte kraai(2) en Vink(3.) Tussen de haakjes staan de
aantallen territoria van 2017. Bij geen van deze vogelsoorten is in die periode
een duidelijk stijgende of dalende lijn vastgesteld. Wel schommelen de
aantallen, soms fors zoals bij Houtduiven en Winterkoninkjes.
Een paartje Boomklevers bij de nestholte.
Met het ouder worden van de bomen doen de
meeste bosvogels het goed, ook in het Quirijnstokpark. Onbegrijpelijk is dan
dat van de Grote bonte specht onvoldoende aanwijzingen zijn verzameld voor het
vaststellen van een territorium. Gaai(1), Boomklever(3), Boomkruiper(4) en de
ook wat meer aan bomen gebonden Tjiftjaf, met 7 territoria, lieten dat wel
zien. De Zanglijster vindt hier voldoende afwisseling om op 3 plaatsen een
territorium te vestigen. Hoewel de Groene specht dit broedseizoen niet zo veel
werd gezien en gehoord is het wel de 9e keer dat deze kleurrijke
vogel tot de broedvogels van het Quirijnstokpark behoort.
De Holenduif, een iets kleiner en schuwer
familielid van de Houtduif, is een vaste gast in het Quirijnstokpark.
Foeragerende exemplaren uit de omgeving zijn het hele jaar te zien bij de
hertenweides. Al jaren broeden er 2 of 3 paren rond die plek, dit jaar 2 paren.
Waarschijnlijk is het geen ’visserslatijn’
dat er veel grote snoeken in de vijver zwemmen. De jonge tamme eendjes zijn
blijkbaar lekkere hapjes voor ze. Dit jaar werd er maar 1 nest met 3 pullen op
de vijver gezien. Ook 2 van de 3 jonge mandarijneendjes verdwenen snel uit
beeld. Mandarijneenden behoren niet tot de inheemse vogelsoorten maar broeden
wel in Nederland. Ook in het Noorderbos werd een territorium vastgesteld.
Het mannetje Meerkoet verdedigde met veel toewijding en lawaai zijn
territorium, zijn vrouwtje en de drie jongen tegen alle ’gevaren’. Een mooi
broedseizoen met fraai wisselend weer is helaas weer voorbij!
In
de nieuwsbrief ’vogelsenzo’ nr. 22 staat dit artikelen uitgebreider.
Abonneer
je op de nieuwsbrief door een e-mail te sturen aan: adkolen@kpnmail.nl
|