vrijdag 24 augustus 2012

Een nieuw gewei


Ad Kolen

De route van mijn vogeltelling door het Quirijnstokpark in Tilburg Noord is met opzet zo uitgestippeld dat deze langs en achterdoor de hertenweiden loopt. Direct langs de looproute verblijven edelherten (Cervus elaphus) en damherten (Cervus dama) en wat meer afzijdig enkele lama’s. Dit deel, met zijn begraasde weiden en oude bomen is rijk aan vogels. Boomklevers (Sitta europaea) en Holenduiven (Columba oenas) zijn er het hele jaar door regelmatig te zien. Broeden doen ze er ook! 




Boven een mannetje edelhert en onder een mannetje damhert, beide met een nieuw gewei nog in de washuid.




 De leuke bijkomstigheid is dat wat van het gedrag van deze aanwezige zoogdieren mee kan worden genomen tijdens de 2 tellingen per maand. Hoewel ze in gevangenschap leven wijken een aantal gedragingen niet af van de in het wild levende soortgenoten. Het gedrag rondom het paren, het bijeendrijven van de hinden en het burlen wordt jaarlijks van dichtbij waargenomen bij beide aanwezige soorten herten. Ook het wisselen van het gewei merk ik iedere keer weer op.


Het liggende damhert met een nieuw gewei, waar de slierten washuid nog aanhangen!


 Bij het edelhert had ik het al eerder waargenomen maar bij het damhert zag ik vandaag voor de 1e keer dat het gewei gereed was om te vegen. Het mannetje lag apart van de kudde op de grond. Het beest had het er duidelijk moeilijk mee en ademde de zwaar. De flarden washuid hingen over zijn gezicht. Gewoonlijk houden deze halfwilde dieren afstand van mensen. Nu bleef dit mannetje geruime tijd dicht langs het hek liggen en was fotografen eenvoudig.


Het staande damhert met een nieuw gewei, waar de slierten washuid nog aanhangen!



Bij de rendieren (Rangifer tarandus) dragen beide geslachten een gewei. Van het muskushert (bestaan meerdere soorten van) en het waterhert is bekend dat beide geslachten gèèn gewei dragen. Van de inheemse soorten ree (Capreolus capreolus) en edelhert dragen alleen de mannetjes een gewei, evenals het ingevoerde damhert. Aan het einde van de winter wordt het gewei afgeworpen. Al vrij snel wordt de aangroei van het nieuwe gewei zichtbaar. In de dikke, rijk doorbloeide huid, de bast, groeit het gewei in  3-4 maanden uit. In juli (edelherten) en augustus (damherten) wordt de jeukende basthuid verwijderd door langs bomen en struiken te wrijven. De grote van het gewei is afhankelijk van de hormonale en de voedseltoestand van het dier en van de leeftijd. Per soort zijn er wel wat verschillen!