donderdag 23 juni 2016

Dongevallei; Oeverzwaluwen 2016

 
 
 



Ad Kolen
 
Vandaag de 3e telling van oeverzwaluwen uitgevoerd in de Dongevallei. Ze bewonen de kunstmatige broedwand nabij de Reuverlaan. De Dongevallei is een ecologische verbindingszone die de parallel aan het riviertje de Donge door de woonwijk Reeshof in Tilburg voert.

 
Het doel is bepalen hoeveel paren oeverzwaluwen er broeden dit seizoen. Na deze laatste telling, met gebruik van eerder verzamelde gegevens, de territoria vastgesteld. Het aantal broedparen blijft wat achter in vergelijking met de 2 voorgaande jaren. Het 1e jaar, 2013, bleven resultaten uit. In 2014 konden 66 territoria vastgesteld worden in 2015 waren dat er 60. Voor 2016 staat de teller op 41. Gezien de tijd van het jaar is het onwaarschijnlijk dat er nog meer broedpogingen bijkomen.


 

 
De eerste oeverzwaluwen werden dit jaar tijdens de reguliere broedvogeltelling op 21 april 2016 gezien. Het aantal aanwezige oeverzwaluwen werd toen en ook tijdens de tellingen van 7 mei en 19 mei geschat op 60 exemplaren. Rekening houdende met eventuele vogels in de nestengangen.
 
Tijdens de 1e telling leek het aanvankelijk erg rustig boven het aangrenzende water en bij de wand. Bij aanvang maar ook tussendoor was meerdere minutenlang (4-5) geen oeverzwaluw te bespeuren in de omgeving. Soms voordoende pieken in de aanwezige oeverzwaluwen brachten een hoogst aantal van tegen de 30 in beeld. Met nog een aantal vogels in diverse nestgangen was het totaal niet zo hoog! Een duidelijk lager aantal dan tijdens de periode voor de tellingen. De 3 tellingen werd uitgevoerd vanaf het schuin tegenover gelegen schiereiland.

 
 
 
Tijdens de 2e telling werden er meer bewegingen waargenomen. Het aantal ’’bevlogen’ openingen steeg van 14 naar 26. Het aantal openingen waar gegraven werd en ook het aantal aan- en afvliegende oeverzwaluwen bleef laag ten opzichte van beide voorgaande jaren.
 
Vandaag 2 uren geteld, zonder assistentie, eerder wel! Bij 7 nestholten was al een goed resultaat te zien. Jonge oeverzwaluwen in de openingen wachtende op voedsel. Soms vlogen ze de ouders al te gemoed. Toch langdurig aandachtig moeten kijken om alle bewoonde nesten vast te stellen. Paren die de eieren nog bebroeden vliegen veel minder vaak af en aan dan paren met jonge vogels in het nest. Met de andere gegevens toch op een totaal van 41 broedsels gekomen. Lager dan eerdere jaren hoger dan, door de tegenvallende bewegingen, verwacht werd.
 
Soms worden kolonies niet of erg laat bezet. Deze populatieschommelingen worden voornamelijk veroorzaakt door overwintering omstandigheden in Afrika. Natte of droge winters in bijvoorbeeld de Sahel in West-Afrika bepalen de aantallen Oeverzwaluwen die overleven, en dus wel of niet terugkeren naar de broedgebieden in Nederland en elders. Gezien de hoge presentie de eerste weken na hun terugkeer is dit hier niet het geval. Het ziet er naar uit dat een deel van de terug gekeerde vogels elders hun heil gezocht hebben.
 




De feiten zijn:
Van de 124 nestopeningen zijn er 77 helemaal niet uitgegraven(het merendeel) of onvoldoende diep uitgegraven. Vaak niet meer dan 10 tot 20 cm. Het zand van de onaangeroerde openingen voelt erg hard aan. In 2, wel bewoonde nestgangen is een kiezelsteen van circa 2 cm lengte aangetroffen. Aan het einde van tenminste 3 onafgewerkte gangen bevonden zich harde niet te doorgraven onderdelen, waarschijnlijk stenen.
 
De ondiepe nestgangen werden wel gebruikt om aan te vliegen en even te verblijven. Van 2 diep uitgegraven nestgangen werd geen bewoning vastgesteld, mogelijk verlaten! Van 2 eerder diep uitgegraven en bezette nestgangen werd vastgesteld dat ze zijn ingestort en verlaten.
 
Ook vocht zorgde voor problemen. Niet vreemd met de zware buien die al weken met regelmaat vallen. Alle bezette openingen zijn dan ook erg vochtig. Het zand in 2 opening is modderig, voldoende diep maar onbezet. Bij 3 openingen zijn uitstroomsporen van modder en water gezien. De bovenzijde van de wand is enigszins bol en loopt af naar de muur.
Dus:
Het jaarlijks uitgraven van de alle nestgangen en vullen met geschikt zand zal nog wel enige tijd een oplossing bieden. Een blijvend verbetering is het geheel afgraven van het ongeschikte zand, bekleden met worteldoek en vullen met een geschikt zandmengsel.


 
 



 
Tenslotte:
Het 2 uur op een plek zitten is op zich al een ervaring. De geluiden die ze maken en de gierzwaluwen die zich er tussen mengen. De blauwe flits plotseling door mijn kijker; een ijsvogel. Al met al een mooie ochtend!
 
 
In de nieuwsbrief ’vogelsenzo’ staan de artikelen uitgebreider.
Abonneer je door een e-mail te sturen aan: adkolen@kpnmail.nl