woensdag 16 november 2011

Schotse Hooglanders




Ad Kolen

Schotse Hooglanders, harige runderen met grote horens, kom je op veel plaatsen in de Nederlandse natuur tegen. Zowel binnen als buiten de stad. Ruim 25 jaar terug zag je ze nauwelijks. Wijzigingen in gebruik en beheer van bestaande natuurgebieden en de aanleg van veel ’nieuwe natuur’ veranderde een hoop. Machinaal onderhoud werd voor beheerders onbetaalbaar en raakte derhalve steeds meer in onbruik. Mede door andere inzichten burgerde de inzet van grote grazers als paarden en runderen helemaal in. De komst van Schotse Hooglanders werd in het begin ook door mij kritisch bekeken. Kempische heideschapen en Roodbrandrunderen passen toch beter in de Brabantse natuur!

Op verschillende manieren invloed op een gebied
De vele vogelinventarisaties en –tellingen die ik in de loop der jaren uitvoerde leidde vaak door gebieden met Schotse Hooglanders. Meningmaal werd het ’vogelen’ onderbroken om deze ’goeie lobbesen’ gade te slaan. De bedoeling van de inzet van deze beesten is de openheid in een gebied te behouden of te bevorderen en variatie in de flora te brengen. Schotse Hooglanders hebben op verschillende manieren invloed op een gebied. Alleen al hun aanwezigheid is bepalend. De hoeven drukken de bodem aan en openen de vegetatie. Vaak lopen ze paden uit, door zich via vaste routes te verplaatsen. Daarnaast gaan ze dwars door alles heen. Onder hun forse gewicht worden planten verpletterd en breken taken van bomen en struiken af. Aan de langharige wollige vacht kleven zaden en komen ergens anders weer op de bodem terecht. De verspreiding van zaden is een niet onbelangrijke bijkomstigheid. In waterrijke gebieden kunnen ze de oevervegetaties behoorlijk beïnvloeden, soms nadelig. Langs het Leikeven, op Huis ter Heide, werd een deel van de oever, met kwetsbare vegetatie voor deze beesten afgesloten.

Een kudde Schotse Hooglanders, wadende door het water in de Biesbosch.

Vaak in en nabij water
Schotse Hooglanders verblijven vaak in en nabij water, niet alleen om te drinken. Ze zoeken afkoeling bij hoge temperaturen en schrikken er niet voor terug om tot bijna schofthoogte door het water te waden als uitweg wanneer mensen te dicht bij komen. Zwemmen heb ik ze nog niet zien doen! Bij het observeren van etende Schotse Hooglanders verbaas ik me steeds. Hun eetlust is groot en het menu zeer gevarieerd. Het voedsel vergaren geschied gewoonlijk langzaam vooruit lopend. Hier een plukje gras, daar een jonge akkerdistel, links een hap blad van de zwarte els en rechts wordt een groepje planten, jacobskruiskruid, met de tong van de onderste bladeren ontdaan. Het lijkt als of er geen voorkeur bestaat. Ze eten bijvoorbeeld verschillende grassoorten die vaak overdadig groeien in natuurterreinen zoals; pijpenstrootje, zwenkgras, struisgras en bochtige smele maar ook blauwe bosbes, veldzuring en brandnetel worden met smaak verorberd. Schotse Hooglanders zetten extra voedsel in de zomer om in vetreserves voor de winter.



Stevige keutels
Door dit gevarieerde voedsel zijn de uitwerpselen van Schotse Hooglanders vast van vorm, het zijn stevige keutels. Heel anders dan die van ons melkvee. Melkkoeien produceren de bekende koeienvlaaien, ze zijn voortdurend aan de diaree. Op de plaats van herkomst, de Schotse Hooglanden en de eilanden voor de Schotse westkust, met name het eiland Skye, moeten de dieren hun voedsel bij elkaar zoeken in arme begroeiingen. Situaties die bij ons veel op heidevelden voorkomen. Grazen op bemeste weilanden, met gras met hoge voedingswaarde verdragen Schotse Hooglanders minder goed en veroorzaakt ook bij deze beesten permanente diaree.

Taai en gehard ras
Schotse Hooglanders zijn betrekkelijk kleine runderen. Het is een taai en gehard ras, wat gedurende de zomer en de winter buiten verblijft. Stieren hebben een schofthoogte van 120-130 cm. Met een gewicht van ongeveer 600 kg. De koeien met een schofthoogte van 100 cm. Wegen circa 400 kg. Tegenwoordig zijn ze echter wel zwaarder dan zo’n 100 jaar geleden. Door selectie op vleesopbrengst zijn er stieren van wel 900 kg. De meeste Schotse Hooglanders zijn roodbruin, maar ook vaalgeel, met zwarte smalle tijgerstrepen, egaal zwart, lichtgrijsbruin en soms ook wit komt voor. Dieren met witte vlekken zijn niet van een zuiver ras maar gekruist met andere runderrassen.



Natuurlijke selectie
Zover als bekend is gaat de geschiedenis van het Schotse Hoogland ras terug totaan de 16e eeuw. Oudere gegevens zijn niet achterhaald. Wel staat vast dat het om een heel oud type rund gaat. De voorouders van dit ras en enkele andere Britse rassen waren waarschijnlijk de Keltische runderen die al 2000 jaar voor Christus op de Britse eilanden rondliepen. Die op hun buurt, volgens aanwijzigingen, afstammen van de Hamitische Longhorn die afkomstig is uit het Midden-Oosten. Ook zijn er theorieën die spreken van kruisingen(lang geleden) met andere runderen waaronder de Tibetaanse / Nepalse jak. De Schotse Hooglander is feitelijk niet door mensen verbeterd. Om te overleven diende ze zichzelf te verbeteren. De barre omstandigheden in de Schotse Hooglanden hebben er, door een proces van natuurlijke selectie, namelijk gedurende bijna 1000 jaar voor gezorgd dat alleen de sterkste en beste aangepaste runderen konden overleven en nageslacht voortbrachten.

Sterk moederinstinct
Een bijverschijnsel van domesticatie is het feit dat Schotse Hooglanders geen vast paartijd kennen. De koeien kunnen het gehele jaar vruchtbaar worden. In ieder seizoen worden dan ook kalveren geboren. Wel is er een duidelijke geboortepiek in het voorjaar en in de zomer. De eerste paar weken tonen de koeien een sterk moederinstinct en beschermen de kalveren tegen elk mogelijk gevaar. Kom nooit te dicht bij en ga niet tussen het kalf en de koe staan, dan heb je nooit problemen met deze beesten. Zorg er ook voor dat dieren niet afgezonderd van de kudde raken. Ze kunnen dan proberen, onverwacht langs je heen de kudde toch te bereiken. De draagtijd is normaal gesproken 9 maanden en 10 dagen. De koe kan echter de bevalling een maand uitstellen als de omstandigheden niet gunstig zijn. Gewoonlijk draagt een stier in de kudde zorg voor de voortplanting maar kunstmatige bevruchting is ook mogelijk bij deze koeien. In de Dongevallei werd dit jaar door inseminatie geregeld dat de kalveren in oktober werden geboren.



Een juist geboren kalf
Hulp bij bevallingen hebben Schotse Hooglanders niet nodig. De reden daarvan is dat de kalveren bij de geboorte een naar verhouding laag gewicht hebben. Voor de geboorte zondert de koe zich af van de rest van de kudde. Aan het begin van een vogeltelling op 8 oktober in de Dongevallei trof ik een koe van dit ras aan met een juist geboren kalf. Het jong werd door de moeder schoongelikt, er waren nog resten van een vlies zichtbaar op de kop. Het jonge stiertje deed al wankele stappen op zoek naar de tepels van de koe. Een van de vele momenten dat ik genoot van kijken naar deze toch bijzondere koeiensoort, die mijn verwondering heeft opgewekt.