dinsdag 1 november 2011

Visarenden


Ad Kolen

Naast het broedseizoen in het voorjaar, de piek in de vogeltrek in oktober, is de maand september voor mij als ’vogelaar’ altijd weer een toptijd door de aanwezigheid van Visarenden (Pandion haliaetus.) De Europese Visarend is een uitgesproken trekvogel die de winter in Afrika doorbrengt. Soms wordt ook rond de Middellandse zee overwinterd en in uitzonderlijke gevallen in Midden-Europa (Hongarije.) De Visarenden broed (nog) niet Nederland, we kennen deze vogelsoort hier alleen als trekvogel en overzomeraar. Visarenden die over Nederland trekken zijn vooral broedvogels uit Scandinavië. Tijdens het voorjaar is de trekdrift hoog en willen ze zo snel mogelijk naar hun broedgebied. Tijdens de najaarstrek hebben ze echter niet zo’n haast. Al in augustus, maar vooral in september, verblijven doortrekkende Visarend vaak geruime tijd in ons land in gebieden die rijk zijn aan vis. Op allerlei, vaak onverwachte plaatsen worden ze gezien.


Visarenden (Pandion haliaetus)   Foto: Walter Appels.

 De visarend is onmiskenbaar vanwege het masker en het bruinwitte uiterlijk. De lengte is ongeveer 51 tot 60 cm., groter dan de Buizerd (Buteo buteo). Het mannetje is iets kleiner dan het vrouwtje. De boven­zijde is zwartbruin, de kop wit, donker­ge­streept op de boven­kop, enigszins gekuifd; brede zwarte band door het oog, overgaand in het zwartbruin van de bovenzijde. Onderzijde wit en een geban­deerde staart. De donkere band over de borst is per individu variërend maar bij het vrouw­tje meestal groter. Bij jonge vogels zijn alle veren van de bovendelen geel­bruin gerand.

Concentraties van deze visvangers vinden jaarlijks plaats in de Biesbosch in deze 9e maand van het jaar. Ik probeer dan ook jaarlijks in september een lang weekend of soms een dag of 5 in dit Nationaal Park te verblijven. Vanaf mijn bootje ’De Groeten’, een oud motorjachtje van 7.80 m. x 2.50, geniet ik dan van de vogels en de rust. Met een diepgang van 80 cm. kan ik doordringen tot in de kern van dit alleen over het water bereikbaar gebied. In 2011 is het er door het vele slechte weer niet van gekomen. Dit verhaal speelt zich dan ook af in het voorgaande jaar halverwege de maand september.

In het zuidelijk deel van de Brabantse Biesbosch is recentelijk een groot natuur- en veiligheidsproject uitgevoerd, de Zuiderklip. Dijken van grote landbouwpolders zijn doorgestoken en kreken werden aangelegd. Doorstroming en opslag van grote hoeveelheden water moeten de Merwede ontlasten bij extreme hoge wateraanvoer. Op vrijdagavond installeer ik mijn bootje voor de afsluiting van de Zuiderklip bij de voormalige polders Lepelaar en de Plomp. Dit gebied is niet toegankelijk voor boten. Drijvende stalen buizen aan ketting maken de toegang tot de kreek onmogelijk. Vanaf hier is er goed zicht over de uitgestrekte waterrijke omgeving. Bij het aanmeren staat er veel wind, het valt niet mee om de boot in de juiste positie te krijgen. Uiteindelijk met een lijn aan een paal en twee lijnen aan elk een anker kan de motor uit en de avond vallen.

Ingang van de kreek door de Zuiderklip bij de voormalige polders Lepelaar en de Plomp.

Na 19.30 u, neemt de wind af en wordt het een rustige avond. Vele ganzen verplaatsen zich in de lucht. Dicht bij en veraf strijkt van alles neer op het water; Nijl- en Grauwe ganzen (Anser anser), Meerkoeten (Fulica atra) en verschillende soorten eenden. In de nacht verzamelen veel vogels zich om de boot. Tijdens half wakkere momenten in mijn slaap hoor ik Nijlgansen (Loochen aegyptiacus), Canadese ganzen (Branta canadensis), Meerkoeten en Krakeenden (Anas strepera). Honderden Krakeenden dobberen overal op het water om de boot bij het wakker worden in de ochtendschemering. Ook het fluitende geluid van Smienten (Maréca penelope) klinkt op enig afstand. Talloze vogels hebben zich over de uitstrekte waterpartij verspreidt.

Op deze zaterdagochtend is het aanvankelijk bewolkt en valt er wat regen. Daarna breekt de lucht open en verschijnt een volledige regenboog boven de kreek. Met wat bewolking, veel zon en temperatuur tot 16 graden wordt het toch een prachtige dag. Meerdere Grote zilverreigers (Casmerodius albus) waden behoedzaam door ondiep water. Met de poten ruim voor de helft in het water stappen ze voorzichtig voort. De hals, die gewoonlijk gebogen is wordt nu helemaal gestrekt om zo ver mogelijk van zich af te kunnen kijken. Een exemplaar komt al foeragerende erg dicht in de richting van de boot. Het zwarte puntje op de gele snavel is te zien. Af en toe vangen ze een visje.

Het is bijna 11.00 u. geworden. Het spektakel begint, de beste roofvogelshow is er niets bij, dit is echt! Een Visarend met prooi, een flinke vis, in de poten strijkt neer in de boomtoppen van Jannezand. De vogel begeeft zich echter al snel buiten mijn gezichtsveld en is helaas niet meer te volgen.  Een half uur later komt ruim 5 minuten een in de lucht cirkelende Visarend in beeld. De vogel speurt het ondiepe water af naar een mogelijke prooi, een vis. De Visarend vangt zijn prooi gewoonlijk door te bidden(= vleugelwiekend stilhangen in de lucht) op een hoogte van 20-30 m. Ziet hij een vis dan stort de vogel zich met half gesloten vleugels naar beneden. Juist voor het water geraakt wordt, gaan de poten naar voren en dan verdwijnt hij meestal geheel onder water. De gegrepen vis wordt in de klauwen geklemd en meestal met de kop naar voren weggedragen. De Visarend kan ook in een boom of op een paal op de uitkijk zitten om daar vandaan te duiken.

Drie Buizerds verschijnen kort in het vizier. Niet veel tijd daarna passeert weer een Visarend met een prooi de poten. Ondertussen is het 12.00 u. geworden. De 2 eerder waargenomen Visarenden deze ochtend bevonden zich op een flinke afstand. Nu verschijnt plotseling een exemplaar op enkele tientallen meters afstand schuin boven me. In totaal de vogel zo’n 25 minuten in de kijker weten te vangen. Steeds cirkelende, soms biddende. Tot tweemaal toe hangt de vogel recht boven me. Vanuit het luik in het dek van de boot kijkende met het hoofd helemaal achter over gebogen in de nek, kan in de gele iris van het oog zien. Daar de 2 eerder waargenomen Visarenden met prooi het toneel verlieten ga ik er van uit dat het nu om een andere vogel gaat! Dit exemplaar heeft echter weinig succes met voedsel vergaren. Twee duikvluchten hebben geen goed resultaat als gevolg. Een derde vangstpoging wordt voortijd afgebroken door juist boven het water met een boog weer op te vliegen. Opvallend is dat bij beide duikvluchten tijdens het opvliegen uit het water de vogel de druppels van zich afschut. Ik kan me herinner dat ook al een gezien te hebben bij een geslaagde duikvlucht.

De wind is flink toegenomen het waait weer behoorlijk. Twee Buizerds en een vrouwtje Sperwer (Accipiter gentilis) dicht bij elkaar in de lucht, nabij de boot. Dan verschijnt weer een Visarend. Iets na 13.00 u. is een Visarend in een van de in het water staande restanten van fruitbomen neer gestreken. Het zijn de overblijfselen van de boomgaard van een boerderij die hier eens stond. De vogel is onrustig, kijkt steeds om zich heen. Dan wordt het duidelijk waarom, onder zijn linkerpoot bevindt zich een juist gevangen vis.  Vrij snel vliegt de vogel weer op met de spartelende vis stevig omklemd in de linker klauw. Al vliegende wordt ook met de andere poot de vis vastgegrepen. Het is nauwelijks te geloven maar op de achtergrond vliegt nog een Visarend in dezelfde richting, met vis. Kort daarop verplaatst een vrouwtje Bruine Kiekendief (Circus aeruginosus) zich boven het riet.

13.45 u. Op een behoorlijke afstand van de boot vliegen 150 Kievieten (Vanellus vanellus) en een Visarend. De Visarend maakt een duikvlucht, die echter voortijdig wordt afgebroken. Daar opvolgend, met geruime tijd ertussen, een duikende Visarend boven de Moordplaat gezien en een cirkelende en biddende Visarend wat dichterbij aangetroffen.

15.10 u. Twaalf Buizerds hoog in de lucht. Ze maken trekkende bewegingen in zuidwestelijke richting. De trekrichting van de meeste door Nederland trekkende vogels is in het najaar van noordoost naar zuidwest. Even later keren 2 Buizerds terug naar de aangrenzende polder. Het is een bekend verschijnsel wat eerder door me gezien werd tijdens trekvogeltellingen. Het zijn plaatselijke Buizerds die zich even bij overtrekkende soortgenoten voegen om daarna weer naar hun territorium terug keren. Dan wordt het rustig en passeren er geen opmerkelijke of hoge aantalen vogels nog mijn gezichtsveld.

Iets na 19.30 u. hebben 13 Witte kwikstaarten (Motacilla alba) zich verzameld op de metalen buizen die de kreek afsluiten. 20.15 u. In de schemering strijken flinke aantallen ganzen neer op het water. 20.30 u. Het is bijna donker, nog meer ganzen komen aanvliegen en landen op het water. 21.30 u. De maan belicht het strakke rimpelloze water van de kreek, de wind is geheel weggevallen. Een rustig einde van een bewogen dag.


Grauwe ganzen (Anser anser) in de lucht.

Bij de uitvoering van dit project is een groot areaal aan vooral ondiep water ontstaan. Het zijn prima visgronden waarvan de Visarenden volop gebruik maken. Nog niet eerder zag ik zoveel Visarenden bij elkaar. Niet eerder de soort zo actief bezig gezien met het vangen van vis. Vandaag 9 keer een Visarend waargenomen waarvan 4 exemplaren met een juist gevangen prooi in de klauwen. Er vanuit gaande dat ze niet tweemaal snel achtereen met een gevangen vis wegvliegen, staat het vast dat het om 4 Visarenden gaat. Waarschijnlijk wel enkele meer om dat de overigen zeker niet allemaal dubbele waarnemingen waren. Een ervaring waar je als ’vogelaar’ jaren van ‘na geniet’!