woensdag 11 januari 2012

Winterrrkoning

                                                                                             
Ad Kolen
                                                          
De r in de vogelnaam Winterkoning klinkt meer rollend dan de 2 r’s in Roodborst. Soms benadrukkend als Winterrrkoning is het voor mij een goed hulpmiddel om de rollende zang van de Winterkoning van die van de Roodborst te onderscheiden. Mensen beamen die rollers vaak maar anderen horen ze niet echt en zeggen dat de zang van de Roodborst meer rolt. De manier waarop men geluiden, met name vogelzang ervaart en probeert te onthouden is niet voor iedereen gelijk. Voor je zelf een duidelijke omschrijving maken, gebonden aan iets (een ’ezelsbruggetje’) helpt om de zang van een bepaalde vogelsoort naar boven te halen als je het even niet weet.
                                              
Vroege zangers
Voor beginnende vogelaars zijn de liedjes van de Winterkoning en de Roodborst niet eenvoudig te leren. De Winterkoning produceert een liedje met veel rollers, rrrrrr,s, ratels er in. De Roodborst brengt een zang ten gehore wat te omschrijven is als sprankelend, een watervalletje, zeggen sommigen. Door de zang van beide vogels naast elkaar te beluisteren hoor je op een gegeven moment gewoon het verschil. Je kunt luisteren naar op allerlei wijzen af te spelen geluidsopnames maar ook in de praktijk, gewoon buiten. Winterkoning, Roodborst en ook de in vorige aflevering beschreven Heggenmus zingen vaak al vanaf januari, als de meeste vogelsoorten nog hun bek houden. Dit jaar echter wat later vanwege de lange, behoorlijk strenge winter. Maar eind februari barstte het trio in volle glorie los.

                                  
Een metaalachtige tik
Vogels laten naast de zang, voornamelijk in het voorjaar, ook een groot deel van de rest van het jaar andere geluiden horen. Meestal zijn dat alarmroepen. Vind je de liedjes van Winterkoning en Roodborst moeilijk dan zijn de alarmroepen helemaal een ramp. Maar luister goed; De rollers in de zang van de Winterkoning vormen ook bij de alarmroep de hoofdmoot. De alarmroep van de Roodborst wordt vaak ook snel achter elkaar herhaald en lijkt dan ook wel op een roller. Dan wordt het zaak om te analyseren wat je hoort. De alarmroep van de Roodborst bestaat uit korte metaalachtige tikken, ook als ze kort op elkaar volgen. Sla dit op in je brein en je gooit ze nooit meer door elkaar!

 Winterkoning (Troglodytes troglodytes) Foto: Walter Appels.
                                                                                                                     
Een klein luidruchtig vogeltje
Het geluid van de Winterkoning wordt wel eens vergeleken met een wat haperende aflopende wekker. De zang valt echter vooral op door het grote volume waarmee het geproduceerd wordt. Het is haast niet te begrijpen hoe zo’n klein vogeltje zoveel kabaal kan voortbrengen. Gemeten van de punt van de snavel tot het einde van de staart meet de Winterkoning slechts tussen 9,5 en 10 cm. Een klein, luidruchtig vogeltje met een dapper voorkomen door zijn vaak omhoog geheven staartje. Van dichtbij gezien, is in het roodbruine tot kaneelkleurige verenkleed duidelijk een fijne donkere bandering te zien. Prachtig, evenals de fijne, vrij lange spitse snavel, met een iets naar beneden gebogen vorm. De Winterkoning dankt mogelijk zijn naam wel aan de uitbundige zang tijdens mooie winterse dagen maar zeker niet aan zijn winterhardheid.  Hoewel ze in strenge winters dicht bij elkaar kruipen overleven velen de winter niet.

                                                                                                         
Tot koning gekozen
Volgens de wetenschappelijke naamsaanduiding betekent ’Troglodytes troglodytes’ holbewoner. Deze titel komt ook voor in een Griekse sage. Hierin wilden de vogels de soortgenoot die het hoogste kon vliegen, tot koning kiezen. Waarschijnlijk zou de arend deze strijd eenvoudig gaan winnen. Het Winterkoninkje klom echter ongemerkt op de rug van de grote vogel. Toen de arend dacht hoog genoeg gevlogen te zijn steeg het kleine vogeltje vanaf zijn rug nog hoger de lucht in en werd als koning aangewezen. Veel vogels waren het daar echter niet mee eens en vonden dat een koning ook het diepst in de aarde moest kunnen komen. Het Winterkoninkje dook hierop in een muizenhol en was zo opnieuw de winnaar. Een uil postte 's nachts bij het muizengat om te voorkomen dat het vogeltje er ongeziens zou uitvliegen. De uil viel echter in slaap en de winterkoning werd echt de koning. Ten gevolge daarvan durfde de uil zich daarna niet meer overdag te vertonen en gaat sindsdien alleen in de nacht op zoek naar voedsel. Het winterkoninkje bleef ook voorzichtig en sluipt sinds die tijd voornamelijk laag over de grond door het dichte struikgewas.