zondag 26 februari 2012

Grote zaagbek


Ad Kolen

Vandaag tijdens mijn vogeltelling in het Noorderbos opnieuw 2 vrouwelijke Grote zaagbekken (Mergus merganser) aangetroffen. Tijdens de vorige telling, ruim 2 weken terug, op 11 februari werden er ook 2 gezien. Aannemelijk dat het dezelfde zijn. Toen was het landschap bedekt met een laagje sneeuw en nagenoeg al het open water in de omgeving bevatte een meer of mindere dikke laag ijs. Het dooit al bijna de gehele periode na die waarneming. Dus het verraste me eigenlijk wel ze nu opnieuw te zien. Daar ze op een behoorlijke opstand op de Noorderplas verbleven zag ik ze in eerste instantie voor Futen (Podiceps cristatus) aan.

 Grote zaagbek (Mergus merganser,) een vrouwelijk exemplaar. 

Ze vinden hier blijkbaar een ruim voedselaanbod waardoor ze zijn blijven hangen. Vorige keer viste ze snel en behendig onder een duiker in de Zandleij. Door de baggerwerkzaamheden, die deze week worden uitgevoerd, is het momenteel langzaam stromende water, nog behoorlijk troebel en waarschijnlijk de oorzaak de ze nu op de plas worden gezien.

In mijn verzamelde vogelwaarnemingen spittende kom ik eerdere waarnemingen van Grote zaagbekken in Tilburg en de directe omgeving tegen. De laatste keer ging het om 2 exemplaren op het Wilhelminakanaal ter hoogte van de Reeshof bij de fietsbrug aan het Medemblikpad. Dat was op 12 februari 2010. Een exemplaar werd door mij gezien op 14 april 2006 op het kanaal aan de Oude Lind. Op 17 december 2000 betrof het 1 exemplaar in de vijver aan de Centaurusweg en op 24 november 1994 een vissend exemplaar In de vijver van het Quirijnstokpark. Merkwaardig genoeg ging het hier om allemaal vrouwelijke vogels.

De Grote zaagbek heeft een lang en slank lichaam en is groter dan Wilde Eend. Met een dunne, rode snavel en rode poten, witte borst en zijden met een roze tint is het mannetje een opvallende verschijning. De rug is zwart en hij heeft groenzwarte kop en een grijze stuit en staart.

In de vlucht is hij eenvoudig herkenbaar aan het  witte lichaam en vleugels en de groenzwarte kop daarboven.

Het vrouwtje heeft een kastanjebruine kop met een duidelijke rechte kuif, een opvallende witte keelvlek, blauwgrijze bovendelen, grijze flanken. Beide sexten zijn goed te onderscheiden van de Middelste zaagbek door de scherpe afscheiding tussen de donkere kop en de lichte borst.

Grote zaagbekken broeden niet in Nederland maar is hier wel een vrij algemene doortrekker en winter gast. De hoogste aantallen maximum 36.000 stuks worden bereikt als het erg koud is in het Oostzee-gebied.

In deze tijd begint de terugreis voor veel Grote zaagbekken met een piek in de 1e helft van maart  met een uitloop tot begin mei.