donderdag 8 november 2018

Het Noorderbos en de Vogels 2003 - 2017 Soepgans















Een reeks artikelen over de vogeltellingen en broedvogelinventarisaties in het Noorderbos bij Tilburg. Van 2003 tot en met 2017 werden alle vogels geteld, twee keer per maand, vanaf een vaste route. Tijdens het broedseizoen volgens de richtlijnen van het Sovon Broedvogel Monitoring Project (BMP.) In de begeleidende grafieken wordt het totaal aantal waargenomen vogels per jaar (24 tellingen) of per maand (30 tellingen) weergegeven. Bij de broedvogels zijn de per jaar vastgestelde territoria te zien.
 
 

Ad Kolen



 Soepgans - Anser anser forma domestica



Vaak brood afhankelijk
Ganzen met een gedeeltelijk wit of bont verenkleed worden soepganzen genoemd. Vaak is de herkomst te herleiden naar de voorvader van de Europese tamme gans: de grauwe gans. De gedomesticeerde grauwe gans bewees eeuwenlang zijn dienst als donsleverancier (de witte variant) en vleesproducent (de grauw gevederde) en fungeerde tevens als ’waakgans’. Ganzen zijn erg alert! Na het in onbruik raken van deze ’huisdieren’ gaan ontsnapte of losgelaten exemplaren hun eigen gang. De huidige populatie soepganzen is een mengeling van de boerengans en de grauwe gans, gehybridiseerd met de Chinese knobbelgans en andere inheemse en uitheemse ganzensoorten. Soepganzen leven in waterrijke omgevingen vaak nabij boerderijen, steden en dorpen. In de omgeving van vaste voederplaatsen, waar vaak enorme hoeveelheden brood worden aangeboden, broeden ze ook vaak.


Afname door bestrijding
Soepganzen planten zich tegenwoordig in vrijheid voort en voltooien hun levenscyclus. Ze maken volwaardig deel uit van het ecosysteem. In het veldornithologisch onderzoek werd tot voor kort weinig aandacht besteed aan deze vogels. Over de verspreiding van de broedende soepganzen is dan ook niet veel bekend. In de periode 1998-2000 is deze voor het eerst in kaart gebracht. De eerste schattingen komen uit op 3000-4000 broedparen en 4000-6000 niet broedende vogels. Aanvankelijke toenames worden door bestrijdingsacties in de kiem gesmoord. In strenge winters treden amper verplaatsingen op van soepganzen. De verspreiding van deze standvogels komt in de winter grotendeels overeen met die in de broedtijd (bron: Sovon.nl).


Figuur 1. 

Geen broedvogels in het Noorderbos
In twee uiteen liggende periodes is de soepgans permanent gevestigd op en rond de Noorderplas. Zie figuur 1. Het gaat hier om door mensen achtergelaten vogels. Ze zijn zover gedegenereerd dat er van zelfstandig verplaatsen geen sprake kan zijn: ze kunnen niet of nauwelijks vliegen. Vanaf half oktober 2012 tot het einde van de telperiode verblijft er een witte gans op en bij de Noorderplas. Die is tijdens nagenoeg alle tellingen aanwezig. De gans benadert mensen bij de plas, wat er op wijst dat hij (soms) wordt gevoerd. De gehele periode is geen broedpoging van soepganzen vastgesteld. Eenmalig (06-11-2016) is een afwijkende gans, een hybride Indische Gans (Anser indicus) x brandgans (Branta leucopsis) waargenomen en genoteerd als soepgans.



Reacties naar adkolen@kpnmail.nl