zondag 27 juni 2021

De Vogels van de Dongevallei 2004-2019 Patrijs

 

   Een serie over het 'Verslag: De Vogels van de Dongevallei 2004-2019'

De Dongevallei is van 1996 tot 2000 als ecologische verbindingszone door het nieuwe stadsdeel De Reeshof aan de westelijke rand van Tilburg aangelegd. Van 2004 tot 2019 zijn tweemaal per maand, het gehele jaar door, alle vogels geteld binnen de grenzen van de Dongevallei. Tijdens het broedseizoen, van half maart tot half juli, zijn steeds acht tellingen uitgevoerd volgens de richtlijnen van het BMP van SOVON. Naast algemene informatie betreffende het gebied en de wijze van tellen zijn alle 125 waargenomen vogelsoorten in dit verslag beschreven. Het verloop van de aanwezigheid van de verschillende vogelsoorten is in grafieken uitgebeeld en komt in afzonderlijke artikelen aan bod, vaak uitvoerig. Zo veel mogelijk zijn conclusies getrokken en oorzaken achterhaald van het verloop van de aantallen van de diverse vogels. Soms zijn de oorzaken lokaal, maar veelal spelen de landelijke en Europese stand van veel vogelsoorten een belangrijke rol. 

Het volledige verslag, in PDF-formaat is te ontvangen door een e-mail te sturen naar adkolen@kpnmail.nl 


Ad Kolen


Het prachtige bruin gevlekte verenpatroon van de partrijs van dichtbij.


Patrijs
Perdix perdix


De patrijs is een prachtig gevederde vogel. Perdix, de weten-schappelijke naam van de patrijs, duidt waarschijnlijk op het geluid dat hij maakt. De naam is mogelijk verwant aan het Griekse perdesthai wat ’explosieve geluiden maken’ betekent. Het is niet gemakkelijk een patrijs goed van dichtbij te zien. Hij is erg alert. Hij ’drukt’ zich tegen de grond bij gevaar. Het oranje bruine gezicht met grijze hals en borst is typerend. De bruine dwarsstrepen op de flanken en het bruin gevlekte patroon van de vleugels maken het beeld van deze ‘compacte’ vogel compleet. Het verenkleed van het vrouwtje is wat doffer. Ze heeft wel een eigen kenmerk: een vage wenkbrauwstreep.


De patrijs is een standvogel die zich ook buiten het broedseizoen rondom de broedplaats ophoudt. Op de zandgronden en ook op de klei in het zuiden van ons land komt de patrijs verspreid voor. De soort is gebonden aan half open tot open agrarisch land en heeft een voorkeur voor akkers. De dichtheden zijn gewoonlijke laag. In het noorden van Nederland is de verspreiding lager dan in het zuiden. Rond 1975 was de toen al afnemende patrijs nog een talrijke broedvogel. Hij kwam in het grootste deel van ons land voor. Grote delen van voornamelijk Midden- en Noordoost-Nederland zijn ondertussen verlaten door patrijzen. De afname is opgelopen tot 90% van de toenmalige populatie. Door de intensivering van de landbouw - schaalvergroting, andere gewaskeuze en gebruik van bestrijdingsmiddelen – werd de patrijs van voedsel en leefgebied beroofd. Niet alleen in Nederland maar in heel West-Europa vindt deze terugval plaats. De laatste gegevens (2013-2015) spreken van 4.500-5.500 broedparen en 15.000-20.000 patrijzen in de winterperiode. (bron: sovon.nl)





De waarneming van patrijzen in de Dongevallei is éénmalig. Op zondag 6 april 2009 vliegen 2 patrijzen het meest zuidelijke teldeel uit. Ze verplaatsen zich naar een braakliggende strook parallel aan de spoorlijn.



Reacties naar adkolen@kpnmail.nl