zondag 25 december 2011

Vogels van het Noorderbos; Knobbelzwaan


Ad Kolen

Het verhaal van de Knobbelzwaan (Cygnus olor) in het Noorderbos is een stuk korter dan dat van dezelfde soort in de Dongevallei. De Knobbelzwaan is geen broedvogel in het Noorderbos en heeft er zover bekend is ook nooit een poging toe gedaan. Deze vogelsoort wordt er slechts enkele malen per jaar gezien. In 2004 zelfs helemaal niet. Meestal zijn het jonge, nog niet geslachtsrijpe exemplaren. Zie de lage aantallen hieronder:

2003     :             4
2004     :             0
2005     :             2
2006     :             1
2007     :`            7
2008     :             3
2009     :           17
2010     :           15
2011     :           16

Op het 1e gezicht lijkt dit gebied, met behoorlijk wat water wel geschikt voor deze vogelsoort. Voedselgebrek is echter de oorzaak van de lage presentie van Knobbelzwanen in het Noorderbos. De Knobbelzwaan eet planten, die ze voornamelijk uit het water halen. Alleen in grasrijke omgevingen zie je ze ook grazen. Gras is hier, in de nabijheid van het water nauwelijks voorhanden.

In de Noorderplas, een zandafgraving, is voor visetende vogels wel enig voedselaanbod, maar voor planteneters is in het vrij diepe water niets te halen. Daarnaast wordt door de grootschalige zand terugstortingen vanaf 2008 erg veel verstoord en is het voor veel vogels geen goede broedplek momenteel.

De Zandley en de verschillende aftakkingen die door het Noorderbos stromen hebben een kale zanderige bodem. Vanwege de doorstroming worden de taluds, maar ook de bodems tweemaal per jaar geschoond.

Na 2008 is een stijging van de presentie van Knobbelzwanen in het Noorderbos te zien. De aantallen zijn gestegen tot meer dan 10 jaarlijks.

Het wat hogere totaalaantal in 2009 is te danken aan het paar dat vanaf het begin van het jaar, tot in maart op de Zandley langs het Moleneind verbleef. Ondanks de vorst bleef dit stromende water de gehele, toch wel koude winter, open. Via deze gekanaliseerde beek wordt het gezuiverde afvalwater afgevoerd dat de waterzuivering in Tilburg Noord is gepasseerd. De temperatuur ligt altijd ver boven nul. Hoewel er nog wel wat planten stonden op de vrij kale bodem van de Zandley zag je ze vaak vanaf het water op de steile taluds foerageren, die nog volop gras bevatte. Die begroeiingen profiteren ook van de hogere temperatuur dat het afvalwater uitstraalt.

In 2010 verbleven zowel aan het begin als aan het einde van het jaar solitaire of kleine groepen (1-4) Knobbelzwanen in het gebied. Op 2 januari bevonden zich 2 exemplaren op het met sneeuw bedekte ijs van de Noorderplas. Even later komt nog een paar aanvliegen, maar bij het neerstrijken zakken beide vogels door het ijs. Van een vogel wordt even later gezien dat deze op weer op het ijs kan krabbelen.


In de 1e maanden van het jaar 2011, tot half april, werden in wisselende aantallen (1-4) Knobbelzwanen op de Zandley langs het Moleneind gezien.

De huidige Nederlandse populatie Knobbelzwanen is ontstaan uit tamme exemplaren (gehouden voor sier, vlees en dons) en wilde soortgenoten uit Scandinaviƫ en het Oostzeegebied. Hoewel Knobbelzwanen zich in een groot deel van het broedgebied als standvogel gedragen, treden vooral onder invloed van vorst en sneeuw, verplaatsingen op. In Nederland kunnen dan vogels uit de Oostzeepopulatie worden aangetroffen.