vrijdag 23 april 2021

De Vogels van de Dongevallei 2004-2019 De geschiedenis van de Reeshof





   Een serie over het 'Verslag: De Vogels van de Dongevallei 2004-2019'

De Dongevallei is van 1996 tot 2000 als ecologische verbindingszone door het nieuwe stadsdeel De Reeshof aan de westelijke rand van Tilburg aangelegd. Van 2004 tot 2019 zijn tweemaal per maand, het gehele jaar door, alle vogels geteld binnen de grenzen van de Dongevallei. Tijdens het broedseizoen, van half maart tot half juli, zijn steeds acht tellingen uitgevoerd volgens de richtlijnen van het BMP van SOVON. Naast algemene informatie betreffende het gebied en de wijze van tellen zijn alle 125 waargenomen vogelsoorten in dit verslag beschreven. Het verloop van de aanwezigheid van de verschillende vogelsoorten is in grafieken uitgebeeld en komt in afzonderlijke artikelen aan bod, vaak uitvoerig. Zo veel mogelijk zijn conclusies getrokken en oorzaken achterhaald van het verloop van de aantallen van de diverse vogels. Soms zijn de oorzaken lokaal, maar veelal spelen de landelijke en Europese stand van veel vogelsoorten een belangrijke rol. 

Het volledige verslag, in PDF-formaat is te ontvangen door een e-mail te sturen naar adkolen@kpnmail.nl .



Ad Kolen


                                                                                                          Mossen en korstmossen de eerste bodembedekkers.
                     

De geschiedenis van de Reeshof


De Dongevallei bevindt zich aan de westelijke rand van Tilburg in de woonwijk de Reeshof. De Reeshof ligt op flinke afstand van het centrum van Tilburg. De lengte van de spoorlijn Tilburg-CS naar Tilburg Reeshof is 6,5 km. Er wonen nu, na het gereed komen van de wijk Koolhoven, circa 43.000 mensen in de Reeshof. De eerste wijk, de Gesworen Hoek, werd tussen 1978 en 1988 aangelegd.



Natte hooi- en weidegronden

Mijn opa had tijdens meerdere decennia vóór en ook tijdens de Tweede Wereldoorlog een boerderij aan de Reitse Hoevenstraat in de wijk Het Zand. De historische gebouwen staan er nog, maar de omringende landerijen zijn in de vijftiger en zestiger jaren van de vorige eeuw geheel met woningen bebouwd. Uit familieoverlevering is bekend dat er ook gronden in de huidige Reeshof, de Kievit en de Witsie door de familie Kolen werden gebruikt. Menigmaal heb ik gehoord dat de bodem er erg nat was. Pas na half juni konden ze gebruikt worden als hooi- en weidegronden. Ik was dan ook verbaasd, toen ik hoorde van de grootse bouwplannen voor het gebied. Verdere ontwatering had ondertussen blijkbaar al plaatsgevonden! Voor de lokale, voornamelijk agrarische bevolking waren de bouwplannen een ingrijpende transformatie. Waar toen koeien werden gemolken, is een VINEX-wijk uit de grond gestampt. VINEX staat voor de ontwikkeling van megawijken in het kader van de Vierde Nota Ruimtelijke Ordeningen Extra. De rijksnota voorzag in de uitbreiding van het totale woningbestand in Nederland met ongeveer 1 miljoen nieuwe woningen. De oneindige horizon ligt nu verstopt achter winkelcentra, flats en lange rijen huizen.


’De Tilburgsche Heide’


De gronden ten westen van Tilburg waren in vroegere eeuwen zogenaamde ‘gemene gronden’. Dit waren woeste gronden voor gemeenschappelijk gebruik. Ze vormden een sterk open landschap, een uitgestrekt gebied met verre horizonten en relatief weinig bossen. Het stond op een kaart uit 1837-1838 vermeld als ‘de Tilburgsche Heide’. De heidevelden lagen op redelijk hoge gronden en waren overwegend met dopheide begroeid. In de heide lagen vennen die permanent gevuld waren met regenwater. De grootste vennen van het Tilburgse grondgebied lagen in het gebied van de huidige Reeshof, vooral in de omgeving van de Lage en Hoge Witsie. Het gebied werd aan het einde van de achttiende eeuw omschreven als een plek ’’midden in de barre heide’. Kort daarop werden moerassen en heidevelden ontgonnen en kwam langzaam land- en bosbouw op gang. Ver van de stad, ver van moderne ontwikkelingen bleef het gebied zijn geïsoleerde karakter behouden. Tot in de jaren tachtig van de vorige eeuw was het hoofdzakelijk een afgelegen agrarisch gebied met geringe, verspreide bebouwing. De ruilverkaveling in de zeventiger en tachtiger jaren van de vorige eeuw deed het gebied verder in aanzicht veranderen. De natuur veranderde ook, voornamelijk door de flinke verlaging van de waterstand. Sloten tot ver in de Reeshof legden het gebied droog.



Landgoed de Reijshof

De Reeshof dankt zijn naam aan het landgoed de Reijshof, letterlijk Reij’s hof. De eerste eigenaar was een gepensioneerde Franse legerkapitein: Charles Reij de Carle. Het landgoed bestond uit een in 1763 gebouwd landhuis met bijgebouwen. Er hoorden heideontginningen bij, die gedeeltelijk met bomen beplant werden. De omgeving van de Reijshof heette vóór die tijd Campen Hoeve en ook wel Heihoef. De gronden werden oorspronkelijk uitgegeven aan de Heer van Tilburg, Gijsbert van Hogendorp, als compagnon van de legerkapitein. Nadat de Heer van Tilburg zich terugtrok, kwamen de gronden in bezit van kapitein Charles Reij de Carle. De door de Heer van Tilburg in bezit genomen gronden, bestaande uit hei- en moerasgebieden en wild gras, waren ‘gemene gronden’. Een deel van de Tilburgse inwoners tekende bezwaar aan tegen deze aanslag op het gemeenschappelijke bezit. Drossaard Hendrik Maes schaarde zich bij hen. In Den Haag klaagden ruim 80 Tilburgse inwoners de Heer van Tilburg aan voor de inbeslagname van de gemeenschappelijke gronden, die via een akte uit 1329 in bezit waren gekomen van de Tilburgse ingezetenen. Na rijp beraad stelde de Staten-Generaal de inwoners in het gelijk, maar oordeelde ook dat niemand gebaat was bij teruggave aan de natuur. Door een geringe storting in de dorpskas werd de Heer van Tilburg de eigenaar van meer dan 100 hectare grond.


Landhuis met gracht en vijver

Het landgoed de Reijshof was gevestigd in het deel van de Reeshof waar nu het Reeshofpark ligt, niet zo ver van de Dongevallei, destijds een bijzonder afgelegen gebied. Het landhuis was, volgens een schilderij van Vrijmoet uit 1787, een langgerekt gebouw van 15 meter lang met een smalle deur in het midden. Het huis had geen verdiepingen en onder het schuine rieten dak met in het midden een spits uitlopend torentje hing een klokje. Rondom het huis lag een gracht. Via een poort kwam men bij het huis en de tuin met een vierkante vijver.


Enige landbouw en veeteelt in de prehistorische tijd

In de prehistorische tijd was er, volgens C. Weijters van Heemkundekring Tilborch, hoogstwaarschijnlijk al sprake van enige landbouw en veeteelt in dit gebied. Van de zuidrand van Tilburg, de Regte Heide, is bekend dat er prehistorische bewoning is geweest. Veel minder bekend is dat de prehistorische mens ook in de omgeving van de Reeshof verbleef. Rond 1785 werden bij de ontginning van de heide op landgoed de Reijshof twee bronzen bijlen gevonden. Ze werden aangetroffen nabij de Reeshofweg en stammen uit de bronstijd van 1700 tot 700 voor Christus. Deze ‘kokerbijlen’, de oudste vondsten van Tilburg, zijn de eerste beschreven bronzen bijlen van Nederland.


’Woeste gronden’ als vloeivelden

De Hoge Witsie, ook wel De Kievit genoemd, ten noordwesten van Tilburg was tot ver in de twintigste eeuw een onontgonnen gebied van vloei, riet- en heidevelden. In 1898 besloot de gemeente Tilburg deze ‘woeste gronden’ in gebruik te nemen als 'vloeivelden’. Dit als eerste in Nederland opgezette ‘proefproject’ moest het vuile water van de Tilburgse fabrieken aan de westzijde van stad via verschillende systemen zuiveren. Na de in 1901 aangelegde 4,5 ha vloeiweide en drainageveld werd het geheel uitgebreid tot 6 ha ten gevolge van de - volgens de gemeente Tilburg - goede resultaten. Volgens de Gezondheidscommissie van het Rijk was in 1917 de reiniging van het afvalwater verre van voldoende. Desondanks en ondanks het gemor daarover door naburige gemeenten werd in 1918 besloten om de bestaande velden uit te breiden. Rond 1930 was in de Hoge Witsie ongeveer 55 ha vloei- en drainageveld in gebruik. In 1974 stopte het project vanwege capaciteitsproblemen. De aanvoer van afvalwater werd te groot. Aanvankelijke plannen voor een project van 241 hectare, dat voldoende zou moeten zijn voor de gehele gemeentelijke vuilwaterafvoer, zijn vanwege de aanleg van het Wilhelminakanaal niet uitgevoerd. De drainagevelden zijn vanaf de jaren twintig van de vorige eeuw bebouwd met allerlei gewassen als erwten, kool, bonen, rabarber, bieten en haver. De Hoge Witsie ontwikkelde zich als landbouwgebied met veel graslanden en tuinbouw.


Landgoed geen succes

Het landgoed de Reijshof was niet erg succesvol en maar een betrekkelijk kort leven beschoren. Het exploiteren van de ontgonnen heidevelden was nauwelijks rendabel. De onvruchtbare gronden waren moeilijk te verpachten. Kapitein Reij de Carle was al na enkele jaren de enige eigenaar en kon geen winst maken. Meerdere malen moest hij vrijstellingen van lasten en heffingen bij de Raad van State aanvragen. De verliesgevende exploitatie en meerdere conflicten met het dorpsbestuur noopten hem het gehele landgoed te verkopen op 27 juli 1789. Na diverse, eveneens weinig succesvolle eigenaren is het geheel bij openbare verkoop in februari 1813 gekocht door meerdere eigenaren. In 1816 is het landgoed in vieren opgedeeld en vanaf dat moment worden het herenhuis en de boerderij niet meer beschreven. Wanneer precies (ergens tussen 1813-1816) en waarom de afbraak heeft plaats gevonden, is niet duidelijk.


Ook geen winst voor vennootschap Nationaal Grondbezit

De vennootschap Nationaal Grondbezit kocht in 1917 de grond waarop eerder landgoed de Reijshof had gestaan, een groot complex van diverse gronden waarvan delen nog niet ontgonnen waren. Ook zij konden niet echt winst maken en deden alles in 1934 van de hand. Het gebied behield zijn agrarische functie. Daarna bewerkten boeren gemiddeld zo’n 10 tot 15 ha in eigendom zijnde gronden. In de jaren zeventig en tachtig van de twintigste eeuw kwam het gebied in de stedelijke invloedssfeer te liggen. Er werden plannen ontwikkeld voor woonwijken en gronden aangekocht.


’De Gigant’


Eerder al, eind jaren zestig van de vorige eeuw, had de gemeente Tilburg plannen om in dit gebied een industrieterrein te ontwikkelen. Een gebied zo groot als de helft van de Reeshof, de nu als Gesworen Hoek en (delen van) Huibeven en Heerenvelden bekend staande woonwijken, zou daarvoor in beeld zijn. Dit alles om autofabrikant Volkswagen te verleiden om de grote fabriek ’De Gigant’ in Tilburg te vestigen. De lobby van de gemeente Tilburg mocht niet baten en de miljoeneninvestering ging uiteindelijk naar de Verenigde Staten. De industriële bestemming van het gebied werd ingetrokken en de bestemming werd weer als vanouds agrarisch. Begin jaren zeventig van de twintigste eeuw is men begonnen met de planning van de grootste nieuwbouwwijk van Tilburg: de Reeshof. In 1978 is men daadwerkelijk begonnen.




Grote bekerzwam en haarmossen zijn er snel bij.



Reacties naar adkolen@kpnmail.nl