donderdag 6 mei 2021

De Vogels van de Dongevallei 2004-2019 Zwarte zwaan



   Een serie over het 'Verslag: De Vogels van de Dongevallei 2004-2019'

De Dongevallei is van 1996 tot 2000 als ecologische verbindingszone door het nieuwe stadsdeel De Reeshof aan de westelijke rand van Tilburg aangelegd. Van 2004 tot 2019 zijn tweemaal per maand, het gehele jaar door, alle vogels geteld binnen de grenzen van de Dongevallei. Tijdens het broedseizoen, van half maart tot half juli, zijn steeds acht tellingen uitgevoerd volgens de richtlijnen van het BMP van SOVON. Naast algemene informatie betreffende het gebied en de wijze van tellen zijn alle 125 waargenomen vogelsoorten in dit verslag beschreven. Het verloop van de aanwezigheid van de verschillende vogelsoorten is in grafieken uitgebeeld en komt in afzonderlijke artikelen aan bod, vaak uitvoerig. Zo veel mogelijk zijn conclusies getrokken en oorzaken achterhaald van het verloop van de aantallen van de diverse vogels. Soms zijn de oorzaken lokaal, maar veelal spelen de landelijke en Europese stand van veel vogelsoorten een belangrijke rol. 

Het volledige verslag, in PDF-formaat is te ontvangen door een e-mail te sturen naar adkolen@kpnmail.nl 


Ad Kolen




Zwarte zwaan 
Cygnus atratus - broedvogel


Exoot

De orde van de eendachtigen is verdeeld in hoenderkoeten (Anhimidae) en zwanen, ganzen en eenden (Anatidae). Leden van de Anatidae familie worden omschreven als zwemmende vogels met korte poten met zwemvliezen. Uit het geslacht Cygnus, de zwanen, komen vier soorten in Nederland voor. De kleine zwaan (Cygnus columbianus), de wilde zwaan (Cygnus cygnus), de knobbel-zwaan (Cygnus olor) en de zwarte zwaan (Cygnus atratus). De inlandse knobbelzwaan is eerder in dit verslag beschreven. De kleine en de wilde zwaan zijn voornamelijk wintergasten en de zwarte zwaan is een migrant, een exoot, zoals men dat bij dieren en planten noemt, die door menselijk handelen in ons land terecht is gekomen.



                      


(Sub)tropische geluiden

De zwarte zwaan is de tegenhanger van de knobbelzwaan, zowel wat de kleur van het verenkleed als het oorspronkelijke broedgebied betreft. De vogel is zwart en hoort thuis in Australiƫ en Nieuw-Zeeland. Het wit in de vleugels, de slagpennen, wordt alleen in de vlucht zichtbaar. In zijn herkomstgebied is het een groepsdier dat in groepen van duizenden kan voorkomen. Ze broeden in kolonies van honderden vogels bij elkaar, waarbij de nesten op pikafstand liggen. Aan het einde van de achttiende eeuw is de zwarte zwaan in Europa ingevoerd als siervogel, een geliefde en kostbare vogel die er prachtig uit ziet. De lange dunne hals en de merkwaardige gegolfde vleugelveren maken als sieraden het geheel compleet. De geluiden die de zwarte zwaan maakt, klinken net zo (sub)tropisch als de gebieden waar ze vandaan komen. Ze doen denken aan de instrumenten van de oorspronkelijke bewoners. Sinds 1978 broedt de zwarte zwaan in Nederland. Ook in Duitsland is een relatief kleine populatie ontstaan. In de rest van Europa komt de soort nauwelijks voor. In de tweede Atlas van de Nederlandse broedvogels (1998-2000) staat een schatting van 60-70 broedparen vermeld. De Vogelatlas van Nederland (2013-2015) geeft een iets lager cijfer aan: 40-60 broedparen. (bron: sovon.nl)



      Figuur 15: alle waarnemingen (200) van zwarte zwanen per jaar met het totaal boven de kolom.


Geleewiekt

Het verhaal gaat dat een paar zwarte zwanen afkomstig is van een vijver in een tuin in het vlak bij de Dongevallei gelegen dorp Hulten. De afstand tot de Reeshof, met overal brede waterlopen, is minder dan een kilometer. Via een watertje, grenzende aan de tuin, heeft het paar de wijk bereikt. Beide vogels zijn geleewiekt en kunnen dus niet vliegen. De eerste waarneming van een paar zwarte zwanen is op zaterdag 8 maart 2008. Ze zijn echter niet permanent aanwezig in de Dongevallei. Vooral in de beginjaren, vanaf hun eerste aanwezigheid, zijn ze soms maanden tot een half jaar niet te zien. Ze verblijven dan op de vele andere wateren die het stadsdeel de Reeshof rijk is. Ook vanaf 2017 is hun aanwezigheid laag. Zie figuur 15. Van vrijdag 9 november 2012 tot zaterdag 7 juli 2013 is een derde zwarte zwaan in het telgebied aanwezig. Deze vogel kan wel vliegen. Viermaal zijn de 3 samen gezien. Er is duidelijk sprake van agressie naar elkaar. Schermutselingen en elkaar ontwijken door over land te lopen zijn vastgesteld. Volgens de richtlijnen van het Sovon Broedvogel Monitoring Project (BMP) is tijdens acht teljaren een territorium van zwarte zwanen vastgesteld, zie figuur 16.



      Figuur 16: alle vastgestelde territoria (8) van zwarte zwanen per jaar met het totaal boven de kolom.


Broeden zonder resultaat

Het vaststellen van een territorium is hier vooral gebaseerd op het waarnemen van een paar zwarte zwanen. Het verblijf van het paar binnen de grenzen van het telgebied gedurende het broedseizoen en op het feit dat op tenminste twee locaties een nest is gebouwd. In meerdere jaren, Het verblijf van enkele dagen tot meer dan een week op het nest leidde nooit tot het leggen van eieren. Ook buiten het hier reguliere broedseizoen vindt broedgedrag plaats door zwarte zwanen. Soms houden ze de cyclus aan die in Australiƫ gebruikelijk is en broeden in het najaar. Baltsgedrag van zwarte zwanen en nestbouw is enkele malen in de periode oktober-november waargenomen.







Reacties naar adkolen@kpnmail.nl