woensdag 27 maart 2019

Het Noorderbos en de Vogels 2003 - 2017 Fitis







Ad Kolen



Een reeks artikelen over de vogeltellingen en broedvogelinventarisaties in het Noorderbos bij Tilburg. Van 2003 tot en met 2017 werden alle vogels geteld, twee keer per maand, vanaf een vaste route. Tijdens het broedseizoen volgens de richtlijnen van het Sovon Broedvogel Monitoring Project (BMP.) In de begeleidende grafieken wordt het totaal aantal waargenomen vogels per jaar (24 tellingen) of per maand (30 tellingen) weergegeven. Bij de broedvogels zijn de per jaar vastgestelde territoria te zien.
 

 

 

Fitis - Phylloscopus trochilus

 


Kleine verschillen
De fitis is evenals de tjiftjaf een vrij kleine zanger (11 cm). Zijn postuur is minder gedrongen dan die van de tjiftjaf door zijn langere vleugels, langere snavel en grotere kop. De fitis heeft een duidelijke lange lichte oogstreep en lichtbruine tot vleeskleurige poten. De minimale verschillen tussen deze kleine vogels zijn slechts bij goed zicht vast te stellen. Het verschil in lengte van de slagpennen is ook een kenmerk, maar dit is nagenoeg niet waar te nemen in het veld.


Zonnige zomervogel
Gelukkig zingen alle soorten vogels een uniek liedje. De fitis heeft ook een bijzondere eigen versie. Het liedje van de fitis wordt wel als weemoedig omschreven of als een neerdwarrelend blad. De aanhef van de zang van de fitis lijkt erg op die van een vink. Om het te onthouden bestempelde ik een zingende fitis in mijn geheugen als ’een vink die opgeeft’! Dat ’hulpmiddel’ is al lang overbodig geworden gezien de algemeenheid van de soort. Anderen gebruiken als ezelsbruggetje de spreuk ‘Het is nu wel zonnig, maar het gaat straks weer regenen’. Waarbij de toonhoogte van het laatste deel daalt zoals de zang! In mijn ogen is de fitis een echt zonnige zomervogel die zich vooral bij mooi weer laat horen! Pas in hun broedgebied aangekomen mannetjes bezetten een groot gebied. Met het toenemen van het aantal concurrerende mannetjes slinkt het territorium tot de uiteindelijke grootte. Daarna worden pas vaste zangposten ingenomen. In het Noorderbos heb ik ervaren dat de fitis vanaf een vaste plek (betrekkelijk kleine omgeving) zijn liedje zingt. Elk broedseizoen heb ik vaste zangposten ontdekt!


Kwetsbare vogel
Levendig en rusteloos fladdert de fitis behendig door boomkruinen en struiken op zoek naar allerlei insecten. Ook andere ongewervelden, soms bramen en allerlei soorten bessen worden gegeten. Het voedsel wordt van bladeren en takken opgenomen. Vaak doen ze dat op een vliegenvanger-achtige wijze. Het nest van de fitis wordt meestal aangetroffen op de grond tussen dicht gras of wat hogere plantengroei en is voornamelijk opgebouwd uit grashalmen. Het nest is gebouwd op een plek waar veel licht op de bodem valt en waar een vrij uitzicht is. Door zijn broedgedrag is ook de fitis een kwetsbare vogel in het Noorderbos.


Afnemende aantallen
Hoge aantallen fitissen vinden we in de duinen, op heidevelden, hoogveengebieden met opslag, jonge bosaanplanten en andere half open omgevingen met bomen. Open boerenland en stedelijk gebied zijn niet zo in trek. De landelijke verspreiding was enkele decennia ongewijzigd. De aantallen nemen de laatste jaren echter af. Dit heeft voor een deel te maken met veranderingen in het beheer van bossen en andere natuurgebieden. De droogte in de West-Afrikaanse overwinteringsgebieden is ook van invloed op het overleven aldaar. De fitis overwintert in Afrika ten zuiden van de Sahel. De tocht erheen en ook de terugtocht is ongeveer 7500 km. De eerste 2 weken van april komen de meeste fitissen aan in Nederland. Eind juli keren de Nederlandse broedvogels al weer terug naar Afrika. Doortrekkende fitissen zijn er tot eind september in ons land. De huidige (2013-2015) populatie fitissen bestaat uit 150.000-250.000 broedparen in Nederland (bron: Sovon.nl.)




 Figuur 1 .


Over het hoogtepunt
De fitis is de vogel met de meeste vastgestelde territoria in het Noorderbos gedurende de 15 teljaren. Zie figuur 1. In aantal valt de fitis buiten de top 10 met 1.368 exemplaren. Het toenemen van de begroeiingen heeft de biotoop voor de fitis steeds beter geschikt gemaakt. De stijging van aantallen en territoria laat dat zien in figuur 1 en 2 . De schommelingen daarna zijn niet goed verklaarbaar. De dalingen erna wijzen erop dat de soort over het hoogtepunt heen is in het Noorderbos. De bomen nemen te veel de overhand voor deze soort. Een versnelde afname ligt niet voor de hand.

 
 



 Figuur 2 .


Vanaf half maart keren er al fitissen terug in het Noorderbos, zoals in de rest van Nederland. Het merendeel arriveert echter pas in april. Zie figuur 3. Een uitzondering is het jaar 2010. Toen werden op vrijdag 26 maart al 9 zingende fitissen waargenomen. Met het uitkomen en voeden van de jongen nemen zangactiviteiten snel af in juni. In juli zijn veel vogels al weggetrokken.





 Figuur 3 .



Reacties naar
adkolen@kpnmail.nl